De Yang stijl
De Yang stijl is de meest populaire en wijdverbreide van de vijf belangrijkste stijlen van Tai Chi Chuan. In senioriteit is het van de vijf belangrijkste familiestijlen de een na oudste (achter de Chen stijl). Uit de Yang stijl zijn drie andere grote stijlen voortgekomen (zie onderstaande figuur). Omdat ik de Yang stijl doceer zal ik hier de historie schetsen en tevens de biografie geven van een aantal prominenten uit het verleden. De geschiedenis van de vijf belangrijkste stijlen is in de onderstaande figuur gegeven.
Opmerking vooraf:
Ik heb hier niet de bedoeling uitputtend en volledig te zijn. Veel meer informatie is te vinden op het internet of in de literatuur. Wat ik wel getracht heb is informatie die ik niet kon verifiëren, anders dan van slechts één bron, weg te laten. Dit op zich was een moeizaam proces omdat met name op het internet veel van elkaar wordt overgeschreven en wat door velen als feit gezien wordt soms terug te voeren is naar één enkele bron. Ook in de meer recente verhalen over de Yang familie zitten veel tegenstrijdigheden. Bijvoorbeeld, mensen die de Yang stijl beoefenen komen met lichtelijk andere verhalen dan beoefenaars van de Wu stijl.
Een andere complicerende factor is de manier waarop Chinezen hun historie soms beschrijven. Bijvoorbeeld Yang Cheng-Fu schrijft in het voorwoord van zijn boek dat hij een uitbrander krijgt van zijn grootvader. Die was echter al elf jaar dood voor Yang Cheng-Fu geboren werd. Dit soort teksten moet je dan ook niet letterlijk nemen. Het is meer bedoeld in de sfeer van wat zijn grootvader gedaan of gezegd zou hebben. Dit verschijnsel zie je ook bij teksten en anekdotes die aan Lao Tzu of Chang San-Feng toegeschreven worden. Als je dat letterlijk neemt zouden die mannen een zeer hoge leeftijd bereikt moeten hebben.
Bij de beschrijving van de historie en de personen die een belangrijke bijdrage aan dverifieerbaree Yang stijl geleverd hebben beperk ik mijzelf zo veel mogelijk tot verifieerbare feiten. Voor verdere bronnen verwijs ik bij voorkeur naar boeken en het internet. Zie b.v. de boeken van Wong Kiew Kit en Jou Tsung Hwa. Het eerste boek bevat een omvangrijke bibliografie voor verdere studie terwijl de tweede een breed inzicht geeft in de ontstaansgeschiedenis met verschillende, al dan niet allegorische, verhalen. Een interessante bron op het internet vormt het werk van Peter Lim Tian Tek (http://www.itcca.it/peterlim/) Niet alles van wat hij schrijft is verifieerbaar omdat een deel van zijn bronnen alleen in het Chinees beschikbaar zijn maar zijn werk komt gedegen en betrouwbaar over.
Geschiedkundige context.
Zie voor meer historische en sociale achtergrond de
pagina op deze site over
Taiji"
De geschiedenis van de Yang stijl begint bij Yang
Lu-Chan (1799-1872). Hij leefde in een periode van
grote veranderingen in China. De 19e eeuw in China werd
gekarakteriseerd door een economische terugval en
voedselschaarste veroorzaakt door explosieve
bevolkingsgroei. Er waren spanningen onder de
bevolking, corruptie in het bestuurlijk apparaat, een
verouderd militair en bestuurlijk systeem en een
veranderende wereldorde. Met name de komst van
imperialistische machten zoals Engeland (en de daaruit
voortvloeiende oorlogen) hebben de ondergang van de
Qing dynastie (in 1912) ingeluid.
Yang Lu-Chan behoorde nog tot de oude garde van mensen
die als geen ander hard trainde om de krijgskunst als
geen ander onder de knie te krijgen. In die tijd
verwierven krijgkunstenaars naam door van dorp naar
dorp te trekken en de lokale krijgskunstenaars uit te
dagen. Yang won met zijn zachte stijl vele van deze
gevechten en verwierf zich de bijnaam “de
onoverwinnelijke”.
Yang Lu-Chan leefde in een periode van opleving van
Chinese kunsten waaronder de krijgskunst ook valt.
Familiestijlen werden vereenvoudigd en ook buiten de
familiekring onderricht. De familie Yang werd in 1850
uitgenodigd aan het hof van de Manchu (de keizerlijke
familie) om daar Tai Chi les te geven. Hij heeft zijn
stijl aangepast aan de wijde gewaden van de Manchu
waaruit uiteindelijk de Manchu-Wu stijl is
voortgekomen.
In 1912 werd de Republiek China uitgeroepen met als leider Sun Yat-Sen van de Kuomintang. Sun Yat-Sen heeft onderricht in de krijgskunsten sterk gestimuleerd in daarvoor opgerichtte scholen. De kleinzonen van Yang Lu-Chan (Yang Shao-Hou en zijn jongere broer Yang Cheng-Fu) hebben ook aan die scholen les gegeven. Tussen Yang Lu-Chan en Yang Cheng-Fu waren er niet alleen in de maatschappij grote veranderingen maar ook de Tai Chi is in die periode ingrijpend veranderd. Krijgskundige en atletische componenten maakte plaats voor meer ronde en estetische vormen en meer nadruk op training van interne en zachte vaardigheden.
De oorlog tussen China en Japan (1937-1945) had China financieel uitgeput en de politieke strijd tussen de nationalisten en de communisten laaide in alle hevigheid op, resulterend in de burgeroorlog van 1947. Deze werd gewonnen door de Communisten die onder leiding van Mao Zedong op 1 oktober 1949 de Volksrepubliek China uitriep. Het centrale gezag van de Republiek China zag zich genoodzaakt terug te trekken naar Taiwan. Formeel zijn Taiwan en China nog steeds in staat van oorlog.
In “de grote sprong voorwaarts” verbood Mao Zedong alles wat te maken had met geloof, religie en wat in zijn ogen kapitalistisch en subversief was. Tai Chi en andere gevechtskunsten vielen hier ook onder. Het Shaolin klooster, dat na 1800 toch al grotendeels verlaten was, werd bijvoorbeeld tot twee keer toe platgebrand. Tai Chi beoefenaars moesten ondergronds gaan of werden opgepakt, gevangen gezet of erger in heropvoedingskampen geplaatst.
In deze periode zijn veel Tai chi meesters gevlucht
naar Hong Kong, Taiwan of de USA. Als gevolg hiervan
was traditioneel Tai Chi onderricht alleen nog buiten
China mogelijk. Yang Shou Zhong, de oudste zoon van
Yang Cheng-Fu was gevlucht naar Hong Kong en is daar
een school begonnen. Een aantal prominente Tai Chi
meesters hebben daar les gekregen en de Yang stijl weer
verder verbreid.
Yang Shao-Hou heeft de Yang stijl hoofzakelijk buiten
de familie verbreid. Ook die meesters hebben veelal hun
heil elders gezocht. Erle Montaigue claimt van een van
deze afstammelingen de oude Yang stijl geleerd te
hebben.
Een bijzondere loot aan de tak van de Yang stijl is de stijl van Cheng Man-Chin. Cheng studeerde van 1930 tot 1936 bij Yang Cheng-Fu. In 1949 vluchtte hij naar Taiwan en gaf daar les in zijn eigen verkortte 37 vorm. In 1964 verhuisde hij naar de Verenigde Staten. De Tai Chi die hij daar onderwees was korter en zachter dan die van Yang Cheng-Fu en makkelijk aan te leren.Cheng Man-Chin stond bekend als een meester in de zachte aspecten van Tai Chi.
In 1956 besloot de Communistische partij een afgezwakte vorm van Tai Chi toe te staan, de z.g. 24 vorm of Peking vorm, ontworpen door het sportcomité van de communistische partij. Hervormingen in het midden van de zeventiger jaren van de vorige eeuw hebben geleid tot minder strenge controle op veel gebieden van het sociale leven. Dat heeft ook gevolgen gehad voor Tai Chi in China. In 1976 werd de 48 vorm geïntroduceerd en kort daarna veel andere gestandaardiseerde wedstrijdvormen. Geen van deze vormen had het sterke krijgskundige karakter van de oude vormen. Pas in de laatste decennia is de houding van de communistische partij aan het veranderen ten aanzien van Chinese krijgskunsten (Wushu) en begint het weer mogelijk te worden ook in China Tai Chi te beoefenen.
De stamboomhouder van de Yang stijl, Yang Zhen Duo, is in China blijven wonen en heeft in 1982, toen het politieke klimaat het weer toestond, een Tai Chi instituut opgericht. Zijn kleinzoon, yang Yun, is de huidige houder van de stamboom.
Sinds Yang Lu-Chan zijn stijl van Tai Chi ontwikkelde zijn er voortdurend afsplitsingen geweest en zijn er altijd claims geweest van mensen die nog de enige echte Yang stijl Tai Chi beoefenen. Op de pagina over de diversiteit van de Yang stijl. heb ik een aantal afsplitsingen en stijlen bij elkaar gebracht.
©2019 Tai Chi Uden